welzijn & zorg

Weg met het hokjesdenken

Hoe moet de zorg er uitzien in 2030?
26.03.2018
Foto's
Jan Locus

Het UZ Brussel lanceerde de vraag naar de toekomst van de zorg eind vorig jaar onder alle mogelijke belanghebbenden: van chirurgen en artsen, over ICT-ers en architecten, tot patiënten. Weliswaar laat twee trekkers van het project aan het woord: Marc Noppen (CEO UZ Brussel) en Edgard Eeckman (communicatiemanager UZ Brussel). 

In het oude China werden artsen betaald zolang de dorpelingen gezond waren. Zodra je ziek werd, moest je geen geld meer geven. De Chinezen zetten destijds in op een staat die haar burgers gezond houdt en begeleidt om niet ziek te worden. Dat is ook ruwweg de toekomstvisie van Edgard Eeckman en Marc Noppen (UZ Brussel). “Je kan die visie alleen verwezenlijken als er op vlak van organisatie, cultuur en beleid een aantal zaken fundamenteel wijzigen.” 

Verkeerd design 

Als CEO van het UZ Brussel weet Marc Noppen waarover hij spreekt. Het design van de gezondheidszorg – die in feite een ziekenzorg is – kan in de toekomst niet overleven. “We focussen veel te weinig op preventie en de omgeving zet ook niet echt aan tot genezing.” 

Volgens de pneumoloog annex CEO kampen onze hospitalen met structuren uit de vorige eeuw. Ze beschikken over gespecialiseerde afdelingen – het operatiekwartier, de labo’s, de revalidatie – die losstaan van elkaar, terwijl het zorgpad van een patiënt vaak door al die departementen heen loopt. Marc Noppen: “Iemand met een hartinfarct moet zowel op het operatiekwartier, in het labo en op de revalidatie zijn. Vandaag zijn al die departementen gescheiden. Dat kost zowel de patiënt als de maatschappij overbodig veel geld en tijd. Bovendien gaat er heel wat info verloren. Om dat te vermijden, hebben we een meer horizontale organisatie nodig. Maar de weerstand tegen verandering is groot.” 

Anders belonen 

Een betere organisatie is niet de enige vereiste om de zorg van de toekomst een kans te geven. Volgens Noppen – en met hem vele anderen – kampt de sector met een fout beloningssysteem. Ziekenhuizen worden betaald op basis van het aantal verantwoorde bedden. Hoe meer zieken je zo snel mogelijk behandelt, hoe meer overheidsgeld je incasseert. “Waarom zou je dan op preventie focussen? Voor een overstap van zieken- naar gezondheidszorg hebben we een ander beloningsbeleid nodig. Slechts 20 tot 30% van de zieken is genetisch bepaald, 70% is gedrags- en omgevingsafhankelijk en dus vermijdbaar met een preventieve aanpak.” 

De CEO kijkt daarbij naar de technologie als een belangrijk hulpmiddel. “Slimme preventie, predictie, big data, kunstmatige intelligentie: ze bieden ons de mogelijkheid om sneller en gerichter in te grijpen en zo een ziekenhuisopname te vermijden. Maar ook op dat vlak lopen we nog wat achter, deels door onze ‘luxesituatie’. Landen zoals Bangladesh of India hebben veel minder verpleegkundigen en artsen. Zij moeten wel met mobiele gezondheidszorg en telegeneeskunde aan de slag, waardoor ze op dat vlak al een pak verder staan.” 

De stem van de patiënt 

Een gezondheidszorg die meer focust op preventie en algemeen welzijn herverdeelt de verantwoordelijkheid tussen de patiënt en de medische professional. Edgard Eeckman deed er onderzoek naar. Zijn conclusie? “Het gros van de patiënten wil meer verantwoordelijkheid nemen, op voorwaarde dat ze ook wat te zeggen hebben. Vandaag wordt er nog te veel boven hun hoofd beslist. Hun stem moet niet enkel in tevredenheidspolls weerklinken, maar ook in raden van bestuur en werkgroepen rond een toekomstvisie. Negeer je hen in dat beleidsverhaal, dan mis je niet enkel draagvlak, maar ook cruciale informatie.” 

Hoe moet de zorg er in 2030 uitzien? Edgard Eeckman: “Momenteel lopen de meningen daarover uiteen, dus moeten we het debat voeren met iedereen die er belang bij heeft. Vandaar ons project Zorg 2030.” Met het initiatief wil het UZ Brussel ook bijdragen tot een visie op Vlaams en federaal niveau. Die is er, dixit Edgard Eeckman, momenteel niet: “De beleidsmakers hebben misschien wel ideeën over de zorg van de toekomst, maar ik heb het gevoel dat een gedragen, coherente langetermijnvisie ontbreekt. Nochtans is die nodig om de bakens uit te zetten. Zonder duidelijk zicht op hoe je de toekomst ziet, verander je fundamenteel niets.”