

Samen spelen op de stoep
Het boek De nieuwe generatie stadskinderen schetst een boeiend beeld van de realiteit waarin stadskinderen vandaag opgroeien. De stoep is de ideale plek om op ontdekking te gaan. En dat felbegeerde stadstuintje? Dat vinden de meeste kinderen ronduit saai.
In dit boek belichten stadsgeograaf Lia Karsten (Universiteit Amsterdam) en architect Naomi Felder de resultaten van hun indrukwekkende onderzoek. Ze doken niet alleen in de literatuur, maar voerden ook uitgebreide gesprekken met 42 ouders en kinderen uit basisscholen in Amsterdam en Rotterdam. Daarnaast gingen ze met de kinderen wandelen in de buurt en lieten ze hen een weekdagboek bijhouden. De centrale vraag: wat vindt de nieuwe generatie van de stad en wat kan beter? Er passeren verschillende thema’s de revue – van ‘buurt en school’ tot ‘kinderen onderweg’ – maar wij pikken er één uit: ‘buitenspelen’. Dat is nu eenmaal iets wat ouders belangrijk vinden: dat hun kinderen genoeg buitenspelen en minder voor de televisie hangen. Daarom hebben veel stadsouders één grote droom: een huis (of appartement) met een tuin (of balkon), al is het maar een kleintje. Al blijkt uit het onderzoek dat ze die droom net zo goed kunnen opbergen. Heel jonge kinderen (jonger dan drie) vinden zo’n tuin best leuk, maar daarna wordt het snel te klein. Of eerder: te saai. Want in je tuin kom je geen vrienden tegen. De boodschap is dan ook: laat je kinderen op de stoep spelen. Zo wennen zij (en hun ouders) stap voor stap aan meer vrijheid.

Buiten- en binnenkinderen
De meeste kinderen die geïnterviewd werden, spelen maximaal drie keer per week buiten. Echte binnen- en buitenkinderen zijn in de minderheid. Als ouders wordt gevraagd waarom ze hun kinderen toch vaak laten buitenspelen, zijn er drie belangrijke antwoorden: er is speelruimte vlakbij huis (een brede stoep bijvoorbeeld), er zijn veel andere kinderen in de buurt. En nummer drie: sommige ouders vinden het nu eenmaal leuk om er zelf veel op uit te trekken. De ouders van binnenkinderen wijzen vooral op de onveiligheid (zowel door ongure types in de buurt als door het drukke verkeer) en de noodzaak van begeleiding. En daar hebben ouders niet altijd zin in of tijd voor. Tussen haakjes: sociale klasse speelt hierin geen enkele rol.
Speelplaats met koffiekraam
